Laten we wel wezen. Het ene appartementencomplex is het andere niet. Een cliché van stuitende logica, maar toch... Architect Bert Van Geet heeft heel duidelijk een volstrekt eigen signatuur neergezet met het ontwerp, van een kleinschalig appartementencomplex in de groene gemeente Boechout, aan de zuidrand van Antwerpen. Het appartementencomplex bestaat, zoals Van Geet het noemt, uit zestien entiteiten: “Dit zijn zowel koop- als huurappartementen. Op de plek waar dit project is gerealiseerd, stond voorheen een oude woning. Op dezelfde locatie hebben we nu meer wooneenheden gecreëerd, passend in de noodzaak van het lenigen van de woningnood, die ook in Vlaanderen bestaat.”
Het ontwerp is er een van tegenstrijdigheden. In positieve zin: “Het gebouw is strak, modern vormgegeven, enigszins robuust, maar tegelijkertijd zeer toegankelijk. Luchtig bijna. Omdat het tussen de bomen staat, wilden we er geen massaliteit aan geven. Dat had ook invloed op de materiaalkeuze. De plateaus hebben we geaccentueerd met betonnen banden in de gevel, die in terrassen overgaan. De materialen die we hebben gebruikt moesten niet zwaar ogen. We wilden bijvoorbeeld niet gebruikmaken van een gevelsteen. In deze ambitie past ook de lichtgewicht aluminium detaillering. Het is een fijn materiaal dat nauwelijks dikte heeft. Op deze manier heeft het gebouw meer weg van een paviljoen, dat door zijn gevarieerdheid ook een soort speelsheid uitstraalt. Het vormt als zodanig een contrast met de zware gebouwen aan de overzijde van de nabijgelegen spoorlijn. Het appartementencomplex nestelt zich door de lichtheid van materialen gemakkelijk in de omgeving.”
Duurzaamheid speelt volgens Bert Van Geet een belangrijke rol in het ontwerp en bij de materiaalkeuze: “Van de zestien wooneenheden worden er dertien verhuurd. Daar zullen op den duur weer nieuwe bewoners in komen. Onderhoudsarme materialen zijn belangrijk. Niet alleen uit milieuoogpunt, maar ook wat levensduur betreft. Ook dat pleit voor aluminium detaillering. We hebben daarnaast gebruikgemaakt van prefabbeton met een bepaalde dichtingsgraad, waardoor er nauwelijks vergroening op zal treden. Er zit veel glas in het gebouw. Tussen de glazen puien zit een cementvezelplaat die ook onderhoudsvriendelijk is.”
Van Geet zegt een zekere voorliefde te hebben voor aluminium: “Sowieso voor moderne materialen, dat aluminium natuurlijk is. Door zijn lichtheid en vormbaarheid kun je er uitstekend mee detailleren. Het heeft niet altijd de voorkeur natuurlijk, maar als we een licht gebouw willen, dan kiezen we voor de raamdorpels (waterslagen) bijvoorbeeld liever voor aluminium dan voor blauwsteen.” Ook op een andere wijze heeft de architect duurzaamheid geïntegreerd in het ontwerp. “De terrassen zijn tegelijkertijd de overkapping voor de terrassen daaronder. De gevel aan de lange zijde is op de zuidkant gericht. Dat betekent dat tijdens zonnige zomerdagen de overkappingen voldoende schaduw bieden, zodat de wooneenheden op natuurlijk wijze koel blijven. In de wintermaanden, als de zon lager staat, maak je juist gebruik van de lichtinval, die dan onder de overkappingen doorkomt.”
De afwerkingsgraad van het appartementengebouw is hoog. Van Geet: “Dat is een van de redenen waarom we gekozen hebben voor aluminium afwerking, zoals raamdorpels, dakranden en muurafdekkappen. De profilering van deze producten is op een gelijkaardige manier uitgevoerd, waardoor er rust en eenheid ontstaan. De aluminium muurkappen zijn daar waar nodig voorzien van glazen (terrassen) of gesloten (bovenste gebruiksdak) aluminium balusters. Het gebouw heeft dikke vloeren, die op de bovenste verdieping aan de buitenzijde met aluminium maatwerk zijn bekleed. Fraai is dat bij de balkons de waterslagen als vanzelf lijken over te gaan in aluminium muurkappen. Aluminium producten kunnen perfect met elkaar gecombineerd worden. Al met al mogen we heel tevreden zijn met het resultaat.”